Jezus en het ware Koninkrijk

Jezus en het ware Koninkrijk

Peter Hofland

In Johannes 6 lezen we hoe Jezus het brood vermenigvuldigt.

Dit wijst terug naar het Oude Testament, naar het verhaal waarin God voor Zijn volk zorgde door brood uit de hemel te geven in de woestijn. Jezus laat hier al zien dat Hij en de Vader één zijn, dat zij dezelfde werken doen.

En opnieuw zien we dat Jezus als het ware Israël werd: Hij spiegelt en vervult het verhaal van Israël.

De geschiedenis van Israël herhaalt zich in Zijn leven en bediening.

Nadat Hij het brood heeft uitgedeeld, willen de mensen Hem meenemen en tot koning maken.

Hierin herkennen we de mindset van de Joodse gemeenschap in die tijd.

Zij kenden de Schriften en de beloften van de komst van de Messias, en verwachtten dat Hij het koninkrijk zou herstellen.

Hun verwachting was echter een aardse, fysieke verwachting: een politieke leider (koning) op de troon in Jeruzalem. En als je het Oude Testament met natuurlijke ogen leest, begrijp je ook hoe zij daarbij kwamen.

Maar dan komt het beslissende moment. Ze bieden Jezus aan om koning te worden in Jeruzalem, een aardse heerser.

En wat doet Hij?

Hij wijst het af.

Hij weigert hun politieke en natuurlijke aanbod.

Waarom?

In het boek Samuel kunnen we al lezen dat een natuurlijke koning nooit Gods plan was voor Zijn volk. Hij was hun Koning, maar daar namen ze geen genoegen mee en ze wezen Hem af.

Jezus kende dit verhaal en wilde ons terug brengen bij Gods oorspronkelijke plan.

Daarom is Hij niet gekomen om een tijdelijk, natuurlijk koninkrijk te vestigen.

Toen niet, nu niet en in de toekomst ook niet, maar om het bovennatuurlijke koninkrijk van God te openbaren.

Zoals Hij later tegen Pilatus zei: “Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld” (Joh. 18:36).

En zoals Hij ook op een ander moment zei tegen de Joden: “Het Koninkrijk van God komt niet op waarneembare wijze. Men zal niet zeggen: Zie, hier is het, of: Zie, daar is het! Want zie, het Koninkrijk van God is midden onder u” (Luk. 17:20-21).

Dat wil zeggen: niet zichtbaar voor onze natuurlijke zintuigen. Het Koninkrijk van God is een geestelijke Realiteit, aanwezig in het hart van iedere gelovige.

Zoals Paulus schreef: “Het Koninkrijk van God bestaat niet uit eten en drinken, maar uit gerechtigheid, vrede en blijdschap IN de Heilige Geest” (Rom. 14:17).

En als we dit gaan begrijpen, zien we ook in dat wij totaal niet verplicht zijn om een natuurlijk koninkrijk of een politieke staat in het Midden-Oosten te ondersteunen, enkel en alleen omdat ze zich een bijbelse naam hebben toegeëigend en men zegt dat dit “Gods volk” zou zijn.

Het volk van God zijn de kinderen van God,

en de kinderen van God zijn zij die wedergeboren zijn.

Zij die wedergeboren zijn hebben zich bekeerd tot Jezus Christus en geloven in Hem tot vergeving van al hun zonden.

Zij zijn het heilige volk, de heilige natie, die God Zich tot erfdeel verworven heeft (1 Petr. 2:9).


Reageer op deze post